Het Hofje van Six in vroegere tijden. Foto uit 'Het Hofje van Six te Lisse' van Rob Pex.
Het Hofje van Six in vroegere tijden. Foto uit 'Het Hofje van Six te Lisse' van Rob Pex. Foto: pr

Hofje van Six weer bewoond

Column

Op 8 december 2017 kregen vier personen de sleutel van hun nieuwe woning in het Hofje van Six. De renovatie van vier van de vijf woningen is in 2017 voortvarend en grondig aangepakt, om deze weer verhuurbaar te maken. Alleen de buitenmuren en het dak bleven staan.

Maar het voorste huis (Kanaalstraat 34) is niet gerenoveerd. Dat is in 2017 door de Diaconie van de Hervormde Gemeente verkocht om de renovatie van de vier andere woningen voor een deel te bekostigen. Het complex van het Hofje van Six is 134 jaar oud. De renovatie is een mooie gelegenheid om de geschiedenis eens te bekijken. De Diaconie krijgt in 1741 een legaat van Pieter Six jr. (1686/1755). Hij was een telg uit de rijke koopmansfamilie Six uit Amsterdam. Zij verdienden hun geld onder andere met de lakenververij. Zij belegden hun geld in landerijen en huizen. Zo waren zij bijvoorbeeld in het bezit van Grotenhof aan de Achterweg in Lisse. Pieter was Schepen van Amsterdam en daar later zelfs burgemeester. Hij was in 1720 ook medebewindvoerder van de VOC. Pieter Six jr. kocht in 1740 twee huisjes aan de Kanaalstraat op de locatie rond de poort naar de nu gerestaureerde panden. Daar woonden toen al vier personen. Hij is niet lang in het volledige bezit gebleven. In 1741 legateerde Pieter Six jr de helft aan de Diaconie van de Gereformeerde Kerk (later Hervormde Gemeente geheten). Er mochten vier oudere personen wonen, "mits zij behoeftige ledematen van Gereformeerde Christelijke Religie waren". Per huis woonden er dus twee personen. Zij mochten daar voor niets wonen en kregen nog ieder 100 gulden per jaar als leefgeld. Ook de Diaconie kreeg voor onderhoud en toezicht 100 gulden per jaar. Na het overlijden van Pieter Six in 1755 werd op basis van een bijzondere bepaling in het testament de Diaconie pas in 1797 volledig eigenaar van het Hofje. Zij ontvingt toen bovendien 10.000 gulden, mogelijk voor nieuwbouw, want in 1809 zijn er zes hoofdbewoners. Nog eens zo'n bedrag bleef beschikbaar bij de Amsterdamse Weeskamer.

In 1883 werd het westelijk huisje gesloopt. Daar werd toen een nieuw pand met aparte wooneenheden voor zeven gezinnen van een of meer personen onder één dak gebouwd. Bij een renovatie in 1968 werd een nieuwe, ruimere indeling gemaakt, waardoor er vijf hoofdbewoners overbleven. Deze situatie is na het groot onderhoud in 2017 zo gebleven. De buitenkant is nog vrijwel hetzelfde als bij de nieuwbouw uit 1883. Het oostelijk huisje, daar waar later het sigarenwinkeltje van Ligtenberg was, (Kanaalstraat 44), is in 1912 gesloopt en weer herbouwd. Aan de zuidkant waren daar ook twee eenkamerwoningen aangebouwd. Er konden toen drie gezinnen met een of meer personen wonen. Totaal in het Hofje dus tien hoofdbewoners. In 1926 werd Kanaalstraat 44 gekocht door de hoofdbewoner Dirk Schrier en hoorde het eigenlijk niet meer bij het Hofje. De Diaconie had geld nodig en daarom werd het verkocht. Helaas is na de verkoop van Kanaalstraat 44 door de fam. Ligtenberg aan een projectontwikkelaar dit pand in 2006 gesloopt en vervangen door een modern hoog pand. Hierdoor is de monumentwaardigheid van het Hofje van Six volgens de uitspraak van de rechter ernstig aangetast en is het niet meer monumentwaardig. Een werkgroep van Oud Lisse inventariseert momenteel wat de familie Six voor Lisse heeft betekend.

Uit de krant