Lodewijk Kamps
Lodewijk Kamps Foto: Corine Zijerveld

Kolfje naar mijn hand

Column Poespas

De laatste dag voor mijn vakantieweekje zat stevig vol gepland. We zouden afsluiten met een geplande keizersnee bij een hond vanwege ernstige complicaties bij een vorige bevalling. De pauzes waren al vol gezet met afspraken. Het was lekker druk. En toen belde er iemand die een kat had waarvan de staart na een ongeluk was gebroken. Die hing er verlamd bij en het kostte te veel om deze bij een spoedkliniek te laten verwijderen. Of wij dat dus even konden doen.

Het was inmiddels 14.00 uur. Als alles mee zou zitten, áls ze de kat snel zouden brengen, áls de andere afspraken mee zouden vallen, áls de operatie voorspoedig verliep, dán zou het nog wel kunnen. De prijs voor zo’n ingreep overdag in een gewone praktijk is veel gunstiger, dus dat lieten ze graag doen. Tijdens die operatie belde een im- en exportorganisatie dat ze een brakende pup uit Polen hadden, die dezelfde avond nog naar Amerika door moest. Of ze even langs konden komen. Ik dacht dat het weer een van de vele maagdarmviruspatiënten was en zei de assistentes dat ze hem net voor de keizersnee konden inplannen. De staartoperatie was volbracht en ik kon weer snel verder met de gewone afspraken. Eén assistente maakte de OK klaar voor de keizersnee en ik onderzocht ondertussen de Poolse pup. In plaats van de standaardbuikgriep voelde ik bij dit hondje echter een raar ding in de buik. Iets wat de darmen blokkeerde; een vreemd voorwerp, iets wat er niet thuishoorde. Weer overwoog ik alle opties: nader onderzoek, doorsturen of zelf doorpakken; dan zou de keizersnee naar de avond verplaatst moeten worden. Ik maakte een röntgenfoto en zag stilliggende darmen met veel lucht erin. Na overleg met de assistentes besloten we de pup zelf te opereren. Dat zou een latertje worden.
Vijf kwartier later lag er een maiskolf naast de alweer zelf ademende pup op de tafel. Deze was vastgelopen in het laatste deel van de dunne darm. Over een lengte van vier centimeter had ik de darm moeten insnijden om het ding eruit te krijgen. Vervolgens moest deze natuurlijk lekvrij worden gehecht. De doorreis naar de VS moest worden afgezegd. Nou werd het nog een juridisch dingetje of de pup de maiskolf tijdens het transport of bij de fokker had opgegeten…
De eigenaren van de keizersneehond zaten al in de wachtkamer. Op basis van de echo en de röntgen meenden we dat er vier pups in zouden zitten. Als in een militaire operatie verliep de keizersnede strak en voortvarend. Alleen de vierde en laatste pup wilde maar niet ademen. Levenloos lag hij in de handen van de assistente, die consequent doorging met beademen, warm wrijven, uitzuigen van de keel, etc. En ineens, na twintig(!) minuten volhouden, begon ze te gillen! De pup. Ze deed het! Hoera! Ondertussen was de moeder al bijna dicht en niet veel later konden ze naar huis. Toen moest ik nog wel even al de avondklokpapieren voor de assistentes invullen.

Uit de krant