Jos Draijer
Jos Draijer

Schuilkelders?

Column Notenkraker

Vreselijke beelden van weerloze burgers in bezet Oekraïne die schuilkelders in vluchten om zich te beschermen tegen bommen. Het roept herinneringen op aan de periode van de Koude Oorlog. De Tweede Wereldoorlog was voorbij, maar de dreiging uit Oost-Europa bleef: de Rus. Soms heftig, dan weer slapend. Een wapenwedloop Amerika - Rusland met Europa daar middenin. Veel afschrikking over en weer. 

De NAVO moest onze veiligheid en vrijheid militair verdedigen, maar daar stond Rusland met zijn Warschaupact tegenover. Waren er schuilkelders in Nederland voor het geval de bom toch zou vallen in Nederland? Nee, niet echt. Maar de bevolking werd wel aangeraden bij raketaanvallen onder een auto, de trap of een tafel te kruipen, zo blijkt uit voorlichtingscampagnes van toen.
Aan het begin van de Koude Oorlog werd, naar Brits model, in Nederland de Bescherming Bevolking (BB) opgericht in 1952 om de bevolking in tijd van oorlog te kunnen beschermen door eerste hulpverlening, reddingsdiensten en voorlichting aan de bevolking. Aanvankelijk over conventionele wapens maar na 1955 over kernwapens. Naast medewerkers van de overheid werden vrijwilligers geworven, maar het benodigde aantal van 200.000 werd nooit gehaald. Daarom werd in 1958 de noodwachtplicht ingevoerd. Mannen die buitengewoon dienstplichtig waren werden verplicht noodwachter bij de BB. Ik ook, omdat in ons gezin al drie broers in het leger hadden gediend. Daarom werd ik vrijgesteld van de militaire dienstplicht, maar wel buitengewoon dienstplichtig bij de BB van 1969 tot 1986, toen de noodwachtplicht werd opgeheven. Ik werd geplaatst bij de ABC-dienst, bescherming bij Atomaire, Biologische en Chemische oorlogsvoering. Elke maandagavond cursus in een bunker onder de duinen, drie jaar lang. De meest afgrijselijke, nooit publiekelijk vertoonde filmbeelden van ABC-oorlogsvoering kwamen voorbij. Bovendien, jaarlijks deelnemen aan oefeningen overal in Nederland, bijvoorbeeld in het opsporen van radioactieve puntbommen. Of het meten, voorspellen en in kaart brengen van duur en risico van radioactieve ‘fall out’, zodat de bevolking tijdig gewaarschuwd kon worden.
Op 1 februari 1986 ging ik werken bij het (toen nog) ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC). Gezondheidsbescherming en -voorlichting zaten ook in mijn takenpakket. Binnen drie maanden werd ik opgenomen in het nationaal team crisisbeheersing nadat op 26 april 1986 de kerncentrale in Tsjernobyl in Oekraïne door explosies afbrandde en veel radioactieve straling vrijkwam, ook richting Nederland. Dat was geen oefening, maar echt. Door een draaiende wind is Nederland toen aan een echte ramp ontsnapt.
Tegenwoordig is stralingsbescherming veel beter geregeld bij ongevallen in kerncentrales. Daarvoor is een veelomvattend Landelijk Crisisplan Straling opgesteld dat de bevolking moet beschermen. Dat is overigens al heel wat, want bij de biologische aanval (COVID-19) die we bijna achter de rug hebben, was er helemaal geen Landelijk Crisisplan Corona paraat. Maar of een Landelijk Crisisplan Straling toereikend de bevolking kan beschermen bij een bomaanval met of zonder nucleaire wapens? Alles is immers mogelijk nu de Russische beer Poetin los is, weten we sinds een week. Schuilen is een natuurlijke reflex bij een aanval. Maar waar in Nederland? Reden voor gemeenten om weer eens na te denken over schuilkelders?
Graag voor dat de bom valt! O ja, dit is geen desinformatie.
Notenkraker is een column van Jos Draijer en verschijnt om de week in deze krant. Reageren? Mail naar: redactie@dehillegommer.nl.

Uit de krant