Willem Döll, modelambtenaar en topvervalser.
Willem Döll, modelambtenaar en topvervalser. Foto: uit het boek 'Wat toch een tijd'

Oorlogsslachtoffer Willem Döll

Column Sporen van Vroeger

Op 4 mei was in Lisse weer aandacht voor de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Deze dodenherdenking werd afgesloten met de kranslegging bij het Monument voor de gevallenen. Dit monument staat midden op de kruising van de Oranjelaan en de Heereweg. Wilhelmus Ludovicus Döll was een van de slachtoffers.

Volgens het boek ‘Wat toch een tijd’ uit 2005 van Ed Olivier waren er in Lisse 60 oorlogsslachtoffers. De omstandigheden waaronder deze Lissers omkwamen worden in het boek beschreven met vele interviews van nabestaanden en andere bekenden van de slachtoffers.
Een van hen was Wilhelmus Ludovicus Döll, geboren op 9 maart 1910 in Leiden. Op 11 april 1939 werd hij tijdelijk in Lisse tewerkgesteld op de secretarie van de gemeente Lisse bij de afdeling Bevolking. Dat beviel zo goed dat hij op 1 augustus 1941 een vaste aanstelling als hoofdklerk kreeg. Hij werd vanaf die tijd belast met het bijhouden van de burgerlijke stand, zoals geboorten en overlijden.

Topvervalser
Al snel begon hij samen met J.C. de Haan mensen, zoals onderduikers, te helpen met het vervalsen van persoonsbewijzen en velen werden clandestien in het bevolkingsregister van de gemeente Lisse opgenomen. Daarnaast knoeiden zij in de papieren om Duitse maatregelen te saboteren of te verijdelen.
Toen in 1943 nieuwe distributie-stamkaarten zouden worden uitgereikt, roken Döll en De Haan hun kans: als het bevolkingsregister zou verdwijnen, zouden er veel mensen aan deze kaarten kunnen worden geholpen door niet-bestaande personen in het nieuw te maken register op te nemen.
De overval gebeurde uiteindelijk op 15 februari 1944. Het was Döll, die de overvallers van de groep Johannes Post het gemeentehuis binnenloodste. Uiteindelijk werden er vele niet-bestaande personen ingeschreven in het nieuwe bevolkingsregister, maar dat heeft Döll niet meer meegemaakt. Hij werd verraden en op 21 februari 1944 gearresteerd door de SD en overgebracht naar de gevangenis van Scheveningen. Vandaar werd hij overgebracht naar Vught en in september van dat jaar naar Oranienburg in Duitsland. Hij stierf op 31 maart 1945 in concentratiekamp Rathenow door honger en uitputting.
Willem was vóór de arrestatie diverse keren gewaarschuwd dat hij met zijn leven speelde. Maar dan zei hij: “Dat heb ik ervoor over.” Zijn enige zorg was zijn vrouw en zijn twee jonge kinderen. Die bleek terecht. Het was na de oorlog in het gezin bittere armoede. Er was niets geregeld. Dat duurde heel lang. Pas in de jaren vijftig kwam de wet op weduwen- en wezenpensioen. Maar dat was ook geen vetpot of zoals zoon Jaap Döll het verwoordde in het boek ‘Wat toch een tijd’: “Dat was ook niks. Te weinig om van te leven en te veel om dood te gaan’.

Straatnaam
Er was ook weinig waardering onder de Lissers voor Willem Döll, want de meesten hadden nog nooit van hem gehoord, hoewel hem na de oorlog postuum het Verzetsherdenkingskruis is toegekend. Gelukkig is er na veel gelobby van vooral Ed Olivier een paar jaar geleden een straat in De Engel naar hem vernoemd: de W.L. Döllstraat, vlak bij de J.C. de Haanstraat.
Cultuur-Historische Vereniging “Oud Lisse”, info@oudlisse.nl

Uit de krant