Afbeelding
Foto: Corine Zijerveld

Chemisch castreren

Column Poespas

Er stond een afspraak om een kruising bouvier-boerboel van 2 jaar chemisch te castreren. Hij was eigenlijk te sterk geworden voor de eigenares. Vanuit hormonale stimulatie deed hij precies wat hem zelf het beste leek. Als hij een loops teefje van vijf straten verderop rook, dan stoof hij voor haar uit door de wijk. Als hij een ander reutje tegen kwam voelde hij zich als de hulk groter en sterker worden en wilde hij graag zijn kracht bewijzen. Menige confrontatie had zich zo al afgespeeld. Het verzoek was nu aan ons om in verband met deze indicatie een capsule onder de huid te injecteren waar ik laatst ook al over geschreven had (toen in verband met een prostaat probleem). 

Het spannende was dat wij in de praktijkomgeving geconfronteerd werden met 55 kilo spieren en wilskracht in combinatie met een eigenares die hem niet 100% onder controle had. Op zich een moeizame opdracht. Om ook onszelf te beschermen lieten we de hond wel even muilkorven door de eigenares. Alles werd zo voorbereid dat ik zo snel en probleemloos mogelijk de capsule onder de huid kon injecteren. Toen ik echter in de buurt van de nek kwam gromde en kreunde de hond vervaarlijk en sprong de lucht in. De eigenares wankelde maar bleef overeind en kon hem nog corrigeren. 

Poging twee werd er een met extra hulp van de assistente. Zij ging erachter staan, de eigenares hield haar hond vast en ik pakte met mijn linkerhand de nekhuid vast. Wederom probeerde hij zich los te wurmen uit de houdgreep, maar ik probeerde toch de naald in de huid te zetten. Op dat moment liet hij zich vallen en draaide een soort van op zijn rug. De naald kwam niet in de hond, maar ….in mijn vinger. Die begon meteen te bloeden. Ik schrok me wild. Zou ik per abuis de capsule er bij mijzelf ingespoten hebben? 

Razendsnel dacht ik aan alle gevolgen. Zou mijn stem een octaaf hoger worden? Zou mijn baardgroei stoppen? Zouden er nog andere hormonale effecten zijn? Het bloeden wilde maar niet stoppen, zodat ik geen zicht kreeg op de schade. 

De assistente stelpte met een gaasje mijn bloedende vingerwond en ik keek verschrikt met de vergrotende oorkijker, die een felle lichtbundel gaf, recht in de dikke naald-holte. Tot mijn grote opluchting zag ik dat daar in de diepte de gelatine-capsule nog rustig lag te wachten op een succesvolle toediening. Oef! Dat scheelde! Wel moest ik een nieuwe capsule pakken omdat ik deze naald als gecontamineerd beschouwde. 

Helaas moesten we de nu toch wel iets opgefokte hond met de riem door het oog in de muur fixeren, waarna de toediening alsnog goed kon verlopen. En nou maar hopen dat de capsule gaat werken.

(Poespas is en column van dierenarts Lodewijk Kamps en verschijnt wekelijks in de krant en op de site)