Safikan Goelamhaider schreef over haar eerste jaren in Nederland, toen ze net was uitgehuwelijkt.
Safikan Goelamhaider schreef over haar eerste jaren in Nederland, toen ze net was uitgehuwelijkt. Foto: pr

Het bijzondere verhaal van een Hindostaanse in Lisse

Algemeen

Ze woont inmiddels al zo’n 36 jaar in Lisse, maar de 66-jarige Safikan Goelamhaider groeide ver weg op, in Suriname. Hoe kwam ze in Nederland terecht? Daarover verhaalt ‘Ineens hadden ze een man voor mij’, een boek waar ze jaren over deed om het te schrijven. “Ik zag er zo tegenop alles weer te herbeleven, de pijnlijke gebeurtenissen.” En toch deed ze het. Omdat uithuwelijken nog steeds voorkomt. “Mijn geschiedenis is niet uniek. Mijn wens: dochter, meisje, vrouw, moeder, oma: neem het voor elkaar op, want je bent het waard zelf te beschikken over je leven.”

Door Ruth Eppink

In ‘Ineens hadden ze een man voor mij’ beschrijft Safikan de periode september 1973 tot de zomer van 1974, een periode waarin steeds meer Surinamers richting Nederland vertrekken. Safikan groeide op in een Hindostaanse familie. “Er is relatief weinig kennis over de Hindostanen en de Hindostaanse cultuur in Nederland. In mijn boek verhaal ik over mijn leven in Suriname en mijn komst naar Nederland als 17-jarig meisje tegen de achtergrond van die cultuur. Ik beschrijf de goede dingen uit die cultuur, maar ook negatieve aspecten als het uithuwelijken, de mishandeling en het geweld. Die zaken worden ook door de Hindostanen in Nederland nogal eens verzacht of ontkend. Nu ik ouder word, wil ik graag dat een stukje van mijn geschiedenis, inclusief de Hindostaanse cultuur, bewaard blijft in een boek”, vertelt Safikan. 

Vooruitstrevend
De schrijfster geeft aan dat het gezin waarin ze opgroeide voor Hindostaanse begrippen relatief vooruitstrevend was. “Zo wilde mijn vader dat alle kinderen, dus ook de meisjes, een goede scholing kregen, zodat ze later op eigen benen konden staan. Het uithuwelijken paste eigenlijk niet bij ons, bij mijn andere zussen is dat ook niet gebeurd.”
Maar bij Safikan gebeurde dat dus wel. Na de huwelijksvoltrekking vertrok haar man naar Nederland, Safikan zou kort daarna volgen. Maar bij aankomst in Nederland was er niemand die haar opwachtte. Daar sta je dan, op je 17e, in een koud, onbekend land, waarvan je de taal niet zo goed van beheerst. Op de vraag of ze niet boos was op haar ouders, die haar immers hadden uitgehuwelijkt, antwoordt ze: “Ik weet niet of je het iemand kwalijk kan nemen als je probeert te begrijpen waarom iets is gebeurd. Daarvoor heb ik mij extra verdiept in de Hindostaanse cultuur en de migratiegeschiedenis, onder andere via vele reizen naar Suriname en India. Ik vermoed dat mijn ouders dachten dat uithuwelijken aan een veronderstelde goede partij op dat moment het beste voor mij was. Ergens wel begrijpelijk gezien de onrust in Suriname begin jaren zeventig naar aanleiding van het streven naar onafhankelijkheid; veel Hindostanen vluchtten naar Nederland. Achteraf hebben mijn ouders zeker spijt van mijn uithuwelijking gehad.”

Bruidsschat
Uiteindelijk vindt Safikan in Amsterdam een plek om te wonen en ontmoet ze gaandeweg haar broers en zussen die al in Nederland waren. Ze belt veel met haar ouders, die erg met haar meeleven. Voor Safikan is duidelijk dat haar huwelijk gedoemd is te mislukken; het was haar man en zijn familie vooral om de bruidsschat te doen. Ze zet dan ook alles op alles om te kunnen scheiden.

Na de scheiding
Wat haar boek niet beschrijft is hoe haar leven verder is gegaan. “Na mijn komst in Nederland kreeg ik snel werk bij een Amsterdamse houthandel. In de loop van dat jaar (1975) kwam ik bij toeval in contact met een welzijnsinstelling voor Surinamers en Antillianen in Amsterdam. Daar rolde ik in het maatschappelijk werk en raakte ik betrokken bij de problemen van Surinamers en Antillianen in Amsterdam en Nederland. De opgedane kennis en de daarna gevolgde hbo-opleiding maatschappelijk werk en management meende ik ook in te kunnen zetten op andere terreinen en niet alleen voor migranten. Mijn interesse ging onder andere uit naar de ouderenzorg. Ik solliciteerde in 1981 op een vacature in die richting in Lisse en werd aangenomen. In 1986 ging ik ook in Lisse wonen; het was wel wennen in een totaal ‘witte’ omgeving. Later heb ik ook gewerkt in de vrouwenopvang en jeugdzorg.”
Het contact met haar familie is altijd goed geweest. “Na de aanvankelijk moeilijke start in Nederland is het contact met sommige familieleden zelfs hechter geworden.” Safikan is uiteindelijk getrouwd met Willem, de man van haar eigen keuze. Hij komt ook in het boek voor. Met hem kreeg ze twee kinderen.
‘Ineens hadden ze een man voor mij’ van Safikan Goelamhaider is uitgegeven bij Amrit en te koop in de boekhandel (onder andere bij Grimbergen in Lisse) voor 15 euro.