Afbeelding
Foto: Caroline Spaans

Auto weer in de Hoofdstraat?

Column

Ik mis de laatste tijd gezelligheid en vrolijkheid in de Hoofdstraat. Ligt het aan de mensen, het weer, of de stilte? Misschien wel door die enorme hoop zand aan de zuidkant die nu ineens opdoemt? Zijn het de vele leegstaande winkelpanden door de verkopen via internet of te hoge huren voor de winkeliers? Ik vond het er maar wat tobberig uitzien allemaal.

Ik weet wel, er wordt heel veel gepraat en mogelijk achter de schermen ook veel aan gedaan om de Hoofdstraat weer nieuw leven in te blazen. 'Maar we zien daar niets van', hoorde ik regelmatig toen ik winkelende mensen en winkeliers daarover aansprak. Dat had ik misschien beter niet kunnen doen, want ik kwam bijna niet meer thuis. Vrolijkheid voerde overigens niet de boventoon in die gesprekken. Het zit heel wat mensen kennelijk erg hoog.

De Raadhuisstraat, waar de auto's nog welkom zijn, daar is het drukker en gezelliger, geen leegstand. Maar in de Hoofdstraat zelf? Na de economische crisis had het toch al weer drukker en gezelliger moeten zijn. Maar daar is voorlopig nog niets van gebleken. "De Hoofdstraat is geen winkel- maar een boodschappenstraat", merkt iemand op. "Hillegommers zijn er al aan gewend, ze gaan graag naar Heemstede, Lisse of zelfs Sassenheim" volgens weer een ander.

Ik zal u de andere klaagzangen besparen, ik ben maar naar huis gegaan. Ik wist genoeg. Dat gaat niet goed, er moet wat gebeuren, dat is me wel duidelijk geworden. Daarom, ik ben benieuwd hoe de herinrichting ronde de pomp gaat uitpakken. De Hoofdstraat dus, die historische, goede oude bruisende Hoofdstraat dus, waar koetsen met paarden, trams, bussen, auto's ooit doorheen reden. Waar ook, voor wie het vergeten is, de jaarlijkse Bloemencorso doorheen reed.

Ik bedenk dit niet, ik zie het voor me in mijn herinneringen en boeken met oude prenten van de Hoofdstraat. Maar ook die vrolijke gezichten van de mensen. Waar is dat gevoel gebleven, al die gezellige levendigheid.

Al mijmerend viel ik in slaap en droomde van beroemde dorpen en steden die langs een rivier gebouwd werden omdat ze een levensader aanboorden. Van steden en dorpen waar handelsroutes langs of doorheen liepen die voor groei, bloei en welvaart zorgden.

Bij het ontwaken bekroop me het gevoel dat ik door een flits het licht had gezien: de auto moet weer terug in de Hoofdstraat. "Een boom in de Hoofdstraat kost geld, vernielt met zijn wortels riolen en leidingen. Een auto in de Hoofdstraat levert geld op", had een winkelier me nog vol passie uitgelegd. Dat is het dus: meer mensen moeten door de Hoofdstraat, ook langzaam rijdend, in de auto. Ze moeten zelfs even kunnen stoppen om boodschappen en iets meer te kunnen doen. Hoezo alleen voetgangers? Daar is de Hoofdstraat te klein voor. Zelfs een winkel die als publiekstrekker fungeert kan de bloedarmoede in de Hoofdstraat niet verhelpen.

Het moet drukker worden in de Hoofdstraat, ook met mensen van buiten af. Die lege winkelpanden zijn dan zo weer verhuurd en de gezichten staan weer op vrolijk, bij publiek en winkeliers.

Uit de krant