Ambitieus jaar voor Stichting Greenport Duin- en Bollenstreek

Stichting Greenport Duin- en Bollenstreek richt zich dit jaar op de ruimtelijke inrichting van de streek. Ruimte om te ondernemen, bedrijven uit te breiden en goederen te transporteren in de context van het cultuurhistorische landschap. Hoe houden we de Bollenstreek mooi en economisch gezond? 

Dit sierteeltcluster bestaat in een landschap dat geldt als een van de meest aantrekkelijke leefomgevingen van Nederland. Om dat zo te houden, is meer dan ooit een goede balans tussen economie en woon- en recreatieruimte noodzakelijk. Greenport gaat zich daarom actief in het maatschappelijke en publieke debat opstellen en daarin de economische belangen van het sierteeltcluster ondersteunen.

Internationale aantrekkingskracht
“Het sierteeltcluster heeft internationale aantrekkingskracht op toeristen, vanwege de bloeiende velden, de Keukenhof en het Bloemencorso,” vertelt Kees van der Zwet, voorzitter van het stichtingsbestuur. “En ook op internationale arbeidskrachten,” vervolgt hij, “die noodzakelijk zijn om alle werkzaamheden in het sierteeltcluster uit te voeren. Deze arbeidskrachten verdienen goede woonomstandigheden. Zowel richting overheden als bedrijven én omgeving.”

Diverse projecten
In verschillende samenwerkingsverbanden voert de Greenport komend jaar onderzoeken uit die bijdragen aan de verduurzaming van het sierteeltcluster; van biodiversiteit tot energieopwekking. Van der Zwet: “Ook blijven wij de netwerkbijeenkomsten organiseren, in de eerste maanden online en later hopelijk ook weer met daadwerkelijke ontmoetingen. Verder blijven wij campagnes ondersteunen met een lokale impact, zoals Bollenstreek in Bedrijf.”
In samenwerking met onderwijsorganisaties organiseert de Greenport al vanaf de basisschool programma’s waardoor jongeren kennismaken met het sierteeltcluster in alle aspecten, van techniek tot planten en verwerken. “Met deze projecten hebben wij een mooi doel om ons op te focussen,” sluit Van der Zwet af.
Via de website (www.greenportdb.nl) is het jaarprogramma te lezen en via een nieuwsbrief zijn de ontwikkelingen blijvend te volgen.