In haar Rotterdamse flat vertelde Dien van der Burgh-de Jonge over de bevrijding in Lisse. |
In haar Rotterdamse flat vertelde Dien van der Burgh-de Jonge over de bevrijding in Lisse. | Foto: Ruth Eppink

Herinneringen aan de bevrijding in Lisse: 'We hielden hoop'

Algemeen

"Nu kan het niet lang meer duren, over een paar dagen leven we weer in vrijheid", dachten veel inwoners van West-Nederland, toen de geallieerden het gebied beneden de grote rivieren al hadden bevrijd van de Duitse bezetters. "We waren zo blij met dat vooruitzicht, terwijl het ergste nog moest komen: de hongerwinter", vertelt Dien van der Burgh-de Jonge (Alkmaar 1928). In 1939 verhuisde ze naar Lisse. Zij woonde met haar ouders, twee zussen en een broer in de Prins Hendrikstraat. Nu Nederland over enkele maanden stilstaat bij 75 jaar bevrijding, wil ze haar herinneringen aan die tijd vertellen.

Door Ruth Eppink

Het gesprek vindt plaats in Rotterdam, waar Dien inmiddels al heel wat jaren woont in een gezellig appartement met prachtig uitzicht over de Maas, bijna aan de voet van de Erasmusbrug. Aan Dien is niet te merken dat ze de 90 al is gepasseerd. De oud-Lissese is nog erg actief, schildert, gaat wekelijks naar de fitness en houdt het nieuws bij via tv en internet.
Na de oorlog volgde Dien in Haarlem de opleiding tot verpleegkundige en daarna deed ze in Engeland de opleiding tot verloskundige, waarna ze vele jaren in Zuid-Afrika werkte. Terug in Nederland ontmoette ze haar (inmiddels overleden) man. "We hebben prachtige jaren gehad samen."
Van haar familie is nog één zus over, Ine van Klaveren-de Jonge (1938), die in het Limburgse Helden woont. Zij was het die de redactie mailde met de vraag of LisserNieuws misschien geïnteresseerd was in de herinneringen van Dien aan de bevrijding. "Zelf weet ik er weinig meer van, ik was destijds te jong", gaf ze aan.

Diens verhaal
Dien vertelt honderduit over de laatste oorlogsmaanden. "De hongerwinter was verschrikkelijk. Er was al niet veel meer te eten, maar toen werd het echt moeilijk om de maag te vullen. Ook vroeger waren suikerbieten al veevoer, maar in de hongerwinter werden veel gerechten aangevuld met suikerbiet. Hetzelfde gold voor tulpenbollen. Die schilde je, daarna werden ze gekookt en door het eten gemengd. De smaak was eigenlijk helemaal niet zo gek."
Ze zag in de hongerwinter '44-'45 vooral veel mensen uit de grote steden langskomen. "Daar was helemaal niets meer te eten. Zij probeerden goederen om te ruilen voor eten. Zo erg was het in Lisse gelukkig niet, de nood was in de steden het hoogst."
Dit wil niet zeggen dat de Lissers niet geleden hebben. "Er was continu angst voor razzia's, we hadden geen gas, geen elektriciteit en soms ook geen water." De kou deed de mensen zoeken naar manieren om de kachel brandend te houden. Maar kolen waren ook schaars. "Om toch iets te kunnen stoken, hebben veel Lissers bomen gekapt. Uit de eigen tuin, uit het Keukenhofbos, waar we de kans maar kregen. En de Duitsers deden hetzelfde. Ik heb nog een gedichtje uit die periode."

Boomloos
Ons Lisse zonder boomen, wie had het kunnen droomen...
Dat er thans laan na laan niet ééne boom zou staan!
In plaats van kleur en leven, die boomen kunnen geven
Is alles naakt en kaal, verlaten, grijs en vaal!
Waar eens de boomen stonden, daar loopen nu de honden
Te snuff'len in de kuil, naar 't weggeworpen vuil!
Het voorjaar is gekomen, maar Lisse zonder boomen...
Kent thans geen vreugd, maar pijn, omdat ze er niet meer zijn.
Ons Lisse zonder boomen, wie had het kunnen droomen...
Het harte is verscheurd. Lisse is stil... en treurt!

Het was in de hongerwinter ook niet makkelijk meer om te reizen. "De treinen reden niet meer, onze fietsen waren ingevorderd en het was ook gewoon heel gevaarlijk om onderweg te zijn vanwege bombardementen. Men schoot op alles dat bewoog."
Diens oudste zus schreef in een verslag over de oorlog dat er in heel Lisse slechts 13 fietsen werden ingevorderd door de Duitse bezetter. Dit kwam omdat de meeste inwoners, waaronder de familie van Dien, hun fietsen in de tuin begroeven, waar ze na de bevrijding weer uit werden gehaald.
De laatste oorlogsmaanden stonden in het teken van overleven. Iedere ochtend was er hetzelfde ritueel: Diens taak was het halen van eten. Daarvoor moest ze naar de centrale keuken, waar voedsel (meestal soep) werd uitgedeeld. En samen met haar broer haalde ze water. "Dat deden we met een wagentje waarop een melkbus stond. Maar wat je ook ging halen, je stond altijd uren in de rij te wachten. En ook wel eens voor niets, want dan was er niks meer te halen."

Eindelijk vrij
Het was geen makkelijke tijd, maar wel een waarin de hoop bleef gloren. "Een deel van ons land was immers al bevrijd." En toen werd het de avond van 4 mei. "Overal klonk het: we zijn vrij, we zijn vrij! Iedereen ging de straat op om feest te vieren. De Nederlandse vlag kwam tevoorschijn en overal verschenen weer oranje versierselen in het straatbeeld", herinnert Dien zich. In de dagen die volgden kreeg de bevolking van de bevrijders chocolade, koekjes, margarine. Maar het mooiste voor Dien was een splinternieuwe geruite jas, die ze via de HARC kreeg. "Nieuwe kleding, wat een luxe. Die jas was een droom voor mij. En je zag er in Lisse wel meer! Wat hebben we een feest gevierd. Dagenlang was er van alles in ons dorp te doen. De straten werden versierd, ook onze Prins Hendrikstraat natuurlijk. Aan beide kanten hadden we een poort gemaakt, er zaten bloemversieringen op alle huizen en zelfs de gordijnen waren versierd. We hadden vlindertjes van oranje papier geknipt die op de gordijnen gespeld konden worden. Het was prachtig!"
De bevrijding betekende voor velen een nieuw begin in vrijheid, iets waar Dien nog altijd dankbaar voor is. 

Oproep: herinneringen
De redactie is op zoek naar de mooiste herinneringen aan de bevrijding van Lisse. Dit kan een herinnering van uzelf zijn, of van uw ouders of grootouders die dat wel eens verteld hebben. Was het de smaak van chocolade? Of wellicht een hevige verliefdheid op een van de bevrijders? Misschien kon u vermiste familieleden weer in de armen sluiten? Of koesterde u vooral het feit dat er een eind was gekomen aan het leven in angst? U kunt uw mooiste herinneringen aan de bevrijding van Lisse (maximaal 200 woorden) sturen naar redactie@lissernieuws.nl. In aanloop naar de feestelijkheden rond 5 mei komt LisserNieuws hierop terug.

De zelfgemaakte en versierde poort in de Prins Hendrikstraat om het einde van de bezetting te vieren.
Eindelijk konden de inwoners weer lachen in vrijheid en feest vieren.
Toen de hongerwinter kwam, werden recepten met suikerbieten gemeengoed.
Een sinterklaasgedichtje uit 1944 uit Diens familie. Het tijdsbeeld komt goed naar voren.

Uit de krant